Gardena
Verzonken turbinesproeier 350
1548-29
1. Het inbouwen van de sproeier (afb. A)
Om beschadigingen bij het grasmaaien te voorkomen, wordt de sproeier ondergronds geplaatst. Om een goed functioneren van het geïntegreerde ontwateringsventiel te waarborgen en ter verbetering van de drainage in het sproeibereik, raden wij u aan om onder de sproeier een aantal kiezelstenen (10 x 10 x 10 cm) te plaatsen.
2.
Sectorinstelling (afb. B, C)
Het instellen van de sproeisectoren geschiedt door middel van de stelringen op de sproeibuis (afb. S). U kunt deze instellen tijdens het sproeien of voor de ingebruikname door de sproeibuis handmatig uit te trekken. De beide oranje stelringen zijn van pijlen voorzien. De sproeihoek komt overeen met het bereik tussen de twee pijlpunten, met andere woorden: u stelt de ringen door te draaien zo in, dat het bereik tussen de pijlpunten overeenkomt met de door u gewenste sector. De pijlpunten staan voor de linker en rechter begrenzing van de draaibeweging van de sproeikop en zo kunt u een exacte sproeibegrenzing aangeven, bijv. bij paden of hoeken van een huis.
Een 360° cirkelbesproeiing bereikt u, wanneer de pijlpunten op de stelringen boven elkaar in de tegenovergestelde richting staan (afb. C) De aangedreven verzonken sproeier is standaard op 360° ingesteld.
3. Sproei-instelling (afb. D, E, F)
Afhankelijk van de ingestelde sector wordt de sproeikop gekozen. Men kan kiezen
uit drie sproeikoppen, die zich onderscheiden door een verschillende doorvoer
capaciteit van het water.
Door de verschillende doorvoercapaciteit van de sproeikoppen wordt een
nagenoeg gelijke waterverdeling (11m2lh) bereikt, als meerdere sproeiers, met
verschillende sectorinstellingen op één leiding aangesloten worden.
Sproeikop 1 -lichtgrijs voor besproeiingssector 20°-120°
Sproeikop 2
-oranje voor besproeiingssector 120°-240°
Sproeikop 3 -donkergrijs voor besproeiingssector 240°-360°.
Standaard is sproeikop 2 gemonteerd. De beide andere sproeikoppen zijn meeverpakt.
Sproeikop verwisselen
Maak de grijze afsluitmoer los en trek de gehele buis uit de schacht. Plaats de buis op een platte ondergrond, het beste op een tafel. Houdt een kruiskopschroevendraaier en de sproeikop die u wilt gebruiken bij de hand.
Druk nu de afsluitmoer met de veer naar beneden en houdt u deze met de hand
vast (zie afb. D). Maak de kruiskopschroef los met de schroevendraaier en haal de deflector eraf.
Verwijder nu de sproeikop, terwijl u deze met 90° naar links draait (afb. E). Plaats de nieuwe sproeikop erop dezelfde wijze weer in (afb. F) en schroef de deflector er weer op.
Ontspan de veer voorzichtig. Plaats de buis weer in de schacht. Let er daarbij op dat de beide nokken aan de sproeibuis precies in de geleidesjeuven vallen.
4. Instellen van het bereik (afb. G)
De reikwijdte wordt met de deflector ingesteld. Maak de kruiskopschroef iets los met een kruiskopschroevendraaier tijdens het gebruik. Draai nu de deflector in de richting min. of max. en draai de kruiskopschroef bij de gewenste reikwijdte weer vast
5. Aantal aansluitbare sproeiers
Het aantal aansluitbare sproeiers per leiding is afhankeJijk van
de waterdruk,
de hoeveelheid beschikbaar water
en de lengte van de leiding.
Om de aansluitcapaciteit vast te stellen, dient u als volgt te werk te gaan.
1 Aansluitwaarde
5.1.1. Vultijd berekenen
Draai de kraan waarop het systeem aangesloten zal worden volledig open en meet de vultijd van een emmer van 10 liter in seconden. Noteer de vultijd in onderstaande tabel. (Hoe korter de tijd, des te meer sproeiers u tegelijkertijd kunt laten werken.)
Als u uw installatie op een pomp wilt laten werken sluit dan met behulp van de GARDENA Prof-System aansluitset (art. nr. 1505) een 19 mm (3/4")-slang aan van + 1 meter om de vultijd aan de pomp te meten.
5.1.2, Afstandstoeslag berekenen
Meet de afstand tussen de kraan of pomp en de verst verwijderde sproeier. Per 15 meter afstand voegt u aan de gemeten vultijd een afstandstoeslag van 1 seconde toe. (Bijvoorbeeld 30 m afstand = + 2 seconde afstandstoeslag.)
Bijvoorbeeld
|
|||
Vultijd in seconden | = | 7 | |
+ afstandstoeslag |
..........m |
= | (30 m) 2 |
Is aansluitwaarde in seconden |
9 |
5.2 Vaststellen van het maximaal aantal aan te sluiten sproeiers per besproeiingsstreng
Afhankelijk van de vastgestelde aansluitwaarde in seconden, is het volgende aantal punten voor de aan te sluiten sproeiers van toepassing.
Aansluitwaarde in seconden | Aantal punten |
tot 9 | 100 |
10 - 14 | 80 |
15 - 19 | 60 |
20 - 24 | 40 |
Per sproeier heeft u afhankelijk van de ingestelde besproeiingssector, het volgende aantal punten nodig.
Sproeier |
20-120° Sproeikop 1lichtgrijs |
120-240° Sproeikop 2 oranje |
240-360° Sproeikop 3 donkergrijs |
||||
Verzonken turbinesproeier 350 / |
16 |
20 |
25 |
||||
Verzonken turbinesproeier 380 |
|||||||
|
90° |
135° |
180° |
225° |
270° |
315° |
360° |
Verzonken sproeier |
|
|
|
|
|
|
|
100/300 |
8 |
- |
11 |
- |
16 |
- |
20 |
Verzonken |
|
|
|
|
|
|
|
turbinesproeier 50 |
6 |
- |
7 |
- |
9 |
- |
11 |
Verzonken |
|
|
|
|
|
|
|
turbinesproeier 150 |
9 |
11 |
12 |
13 |
14 |
15 |
17 |
Houdt er rekening mee, dat de verzonken sproeier 100/300 in verband met de verschillende neerslag hoeveelheid niet in combinatie met andere sproeiers gebruikt kan worden.
Bepaal nu, hoeveel sproeiers en daarbij behorende punten u voor uw besproeiingsinstallatie nodig heeft.
Voorbeeld: | |||
VERZONKEN TURBINESPROEIER 350 |
20-120° Sproeikop 1 lichtgrijs |
120-240° Sproeikop 2 oranje |
240-360° Sproeikop 3 donkergrijs |
Aantal sproeiers | 1 | 1 | 2 |
X Punten | X 16 | X 20 | X 25 |
Uitkomst | 16 | + 20 | + 50 |
Totaal | 86 Punten |
Als het opgetelde aantal punten (in dit geval 86 punten) lager is dan het maximaal beschikbare aantal punten (in het voorbeeld aansluitwaarde = 9 seconden hetgeen overeenkomt met 100 punten) kunnen de sproeiers op één besproeiingsstreng gebruikt worden.
Als het opgetelde aantal punten hoger is dan het beschikbare aantal punten, dan moeten er meerdere besproeiingsstrengen aangelegd worden, die na elkaar gebruikt worden. (Bijv. beschikbare aantal punten = 100, opgetelde aantal punten = 244. In dit geval moeten er drie besproeiingsstrengen aangelegd worden).
6. Onderhoud (afb. H)
Om een goed functioneren te waarborgen, is de GARDENA aangedreven verzonken sproeier met een vuilzeef uitgerust. Als het bereik van de sproeier terugloopt, dient de zeef te worden gereinigd en indien nodig met huishoudontkalker te worden ontkalkt. Maak hiervoor de afsluitmoer los en neemt u het binnenwerk met de vuilzeef eruit. In de schacht van de sproeier zijn twee 'tegenover elkaar liggende geleidesleuven ingebouwd. Als u de sproeier weer in elkaar zet, let er dan op dat de beide nokken aan de sproeibuis precies in de geleidesleuven van de schacht vallen.
Als de sproeier langere tijd niet gebruikt is, dient u de o-ringen aan de sproeibuis in helder water te reinigen. Dit om lekkage te vermijden.
Als de sproeier met zandhoudend water gebruikt wordt, kan er door afzetting aan de o-ring lekkage ontstaan. o-ring reinigen zoals hierboven beschreven.
Ook kan zandafzetting tussen buis en afsluitmoer het terugzakken van de sproeier verhinderen. Indien nodig moeten buis en afsluitmoer dan met helder water schoongemaakt worden.
7. Storingen
Storing | Mogelijke oorzaak | Opheffen |
Reikwijdte te gering | Vervuilde zeef | Zeef reinigen |
Deflector voor reikwijdte instelling staat onjuist | Positie deflector controleren Zie punt 4 |
|
Waterkraan niet goed open gedraaid | Waterkraan verder opendraaien | |
Sproeier zakt niet terug | Vuil tussen sproeibuis en wartelmoer | Sproeibuis en wartelmoer schoonmaken zie punt 6 |
Turbine draait niet | Waterdruk te laag | 's nachts besproeien |
Sproeier komt niet omhoog | Aantal sproeiers per streng te hoog | Aantal sproeiers per streng verminderen |
Wij wijzen er nadrukkelijk op, dat wij op grond van de wet aansprakelijkheid voor producten niet aansprakelijk zijn voor schade ontstaan door onze apparaten, indien deze door onvakkundige reparatie veroorzaakt zijn, of er bij het uitwisselen van onderdelen geen gebruik gemaakt werd van onze originele GARDENA onderdelen of door ons vrijgegeven onderdelen en de reparatie niet door de GARDENA technische dienst of de bevoegde vakman uitgevoerd werd. Ditzelfde geldt voor extra onderdelen en accessoires.
Tekst overgenomen uit gebruiksaanwijzing van Gardena
HOME AUTOMATION Introductiepagina Sprinkler
HOME AUTOMATION Onderdelen Sprinkler
HOME AUTOMATION Voorbeelden Sprinkler
Tuinonderhoud: Beregenen
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||
Laatst bijgewerkt d.d. 28-07-08 |